Wanneer je Aigues-Mortes van onze kant (noord-oosten) binnenrijdt en voor de stadsmuur linksaf gaat, kom je op een brede laan met platanen. Behalve op marktdag, kun je hier misschien een parkeerplaats vinden, maar er is aan deze zijde van de stad (Porte de la Reine) ruim parkeermogelijkheid.
Met onze fietsen betraden wij de stad door de Porte de la Gardette en die hebben we daar op het plein achtergelaten. In het hoogseizoen zul je hier waarschijnlijk over de hoofden kunnen lopen, maar nu was het de gezellige drukte van het voorseizoen, die het prettig rondneuzen maakte, zelfs in de hoofdstraten: langs de leuke winkeltjes, de 13e eeuwse Notre Dame des Sablons en op het Place de St. Louis.
Historie, Provençaalse sferen en heerlijk geurende of smakende streekproducten, een vin de sables en een spies stierenvlees: je hoeft hier niet met lege handen of onvoldaan te vertrekken. En er zijn ook een paar heerlijke ijssalons! Een wandeling rondom de stad over de vestingmuren kan dan weer als tegenwicht dienen.
Het verrassende van Aigues Mortes vond ik niet alleen de nog geheel in stand zijnde vestingmuren, maar vooral ook de uitdagende ligging middenin de vlakte.
Vanaf de paden aan deze kant van de stad heb je al uitzicht over de zoutmeren, maar iets verder buiten de stad langs de D979 kregen we nog een beter beeld. De aldaar gevestigde Cie Salins du Midi et Salines de l'Est biedt de mogelijkheid om met een treintje een rondtour te maken. Misschien interessant, wij hebben het (nog) niet gedaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten