Vorig jaar hebben we bijzonder genoten in de Camargue, vooral van de natuur en de vele vogels die we op onze fiets- en wandeltochten hebben gezien. We vonden het leuk om nog eens terug te gaan en waren nieuwsgierig naar de omstandigheden dit jaar, nu de voorgaande maanden veel natter waren geweest. We vonden weer een mooi plekje op de fleurige camping bij Vauvert / Gallician
Verschillende soorten reigers bevolkten in groten getale de boomtoppen waar ze hun nesten hadden. Er werd ook heel wat af en aan gevlogen, maar in het water hebben we weinig vogels aangetroffen. Dus de mooiste foto's blijven die van vorig jaar. Dat wil niet zeggen dat we niet genoten hebben van dit prachtige gebied.
Op Wikipedia las ik dat een meervalwijfje zo'n 30.000 eitjes legt per kg lichaamsgewicht. Blijkbaar vinden de kleine meervallen het prettig of veilig om in grote groepen dicht bij elkaar te blijven. Daarbij zwermen ze uit elkaar en weer naar elkaar toe in een dynamisch en fraai waterballet, waar we opnieuw een poosje gebiologeerd naar hebben gekeken.
Rietvogels zoals de karekiet, rietzangers en rietgorzen lieten zich overal luidkeels horen en soms schichtig even zien, maar konden zich vooral heel goed verschuilen in al het groen.
Wel werden we dit keer verrast door een slangetje dat zich evenals een hagedisje had liggen opwarmen op een van de bruggen. Die lagen echter niet op ons bezoek te wachten en we zagen de slang van de plankieren het riet in verdwijnen. Over de dunne rietstengels kronkelde hij soepel en geruisloos naar een rustiger plekje. Dat was lastig fotograferen tussen al dat gebladerte. Waarschijnlijk hadden we hier met een niet-giftige gladde slang te maken.
Juist doordat het water hoog stond, ontdekten we aan de andere kant van het kanaal bij Gallician een troep van 200 - 300 flamingo's. We vonden een plekje tussen de oeverbegroeiïng, waar we hen rustig konden bespieden.
De kleur van flamingo's is niet gerelateerd aan sekse. In de winter zijn de kleuren levendiger en voller dan in de zomer. Bij geboorte hebben de jongen een wit verenkleed en een roze bek en poten. Na een week worden de veren grijs, de bek en poten zwart. Langzamerhand licht het verenkleed in anderhalf jaar op naar een mengeling van wit, grijs en roze om door te groeien naar de fraaie volwassen verschijning, waarin het roze domineert. Dat is tussen het vierde en zevende levensjaar.
De meeste van de vogels die we aan deze zijde van het Étang du Charnier zagen, hadden nog de bescheiden kleuren van de jeugd.
Plotseling was er hevige opwinding in het riet. Een bruine kiekendief had het blijkbaar op de nesten van de meeuwen voorzien, maar werd met veel kabaal en zonder omhaal door het witte leger verjaagd. De flamingo's lieten zich er niet door van de wijs brengen.
De natuur laat zich niets voorschrijven; we hebben veel minder (soorten) vogels gezien dan vorig jaar, maar juist het meemaken van die verschillen maakt het zo boeiend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten