zaterdag 30 oktober 2021

Vlinderen in de Drôme

In een laatste blogbericht over onze vakantie bij Cairanne wil ik nog wat aandacht besteden aan de vele vlinders die ik heb gevonden. Ik zwerf graag met de camera op de oevers en grindbanken in de Aygues. Ook bij het Etang de Bel Air en tijdens onze fietstochten hebben we vlinders kunnen spotten. Een vlinder die ik veel heb gezien bij de rivier is de Tweekleurige parelmoervlinder. Obsidentify raakte een beetje in de war van deze plaatjes, maar dankzij de fb-groep kan ik de goede naam aan deze mooie vlinder koppelen. Daar tussendoor fladderde ook veelvuldig de Veldparelmoervlinder, waarvan vooral de tekening en kleur op de bovenvleugels duidelijk verschilt. 




Van Luzernevlinders kan ik ook helemaal blij worden. Oranje Luzernevlinder


Citroenvlinder op uitgebloeide lavendel.
De lila kattenstaarten trekken allerlei vlinders, zoals hier het klein geaderd witje en resedawitjes. 


Zowel bij de rivier als op veel andere plaatsen kwamen we het bruin zandoogje tegen.
    

 

Argusvlinder


En naast al die prachtvlinders waren er nog vele kleine vlindertjes, waarvan er soms plots een heel stel bij elkaar zaten, die opvlogen als ik kwam aanscharrelen.  Schijnbaar onaanzienlijk met hun onopvallende bruine tinten, maar toch ook weer fraai als je even beter kijkt. Geheel nieuw voor mij: het kaasjeskruiddikkopje, een soort die in Nederland verdwenen was, maar inmiddels sporadisch weer wordt waargenomen. De lichte daguil is ook zo'n kleintje, die me ineens opviel, kleiner dan het groot dikkopje en in tegenstelling tot deze laatste, heel zeldzaam in Nederland voorkomend. 








Nederland was voor mij een wat teleurstellend vlinderjaar tot deze vakantie. (Gelukkig zou de nazomer veel goedmaken!) Maar icarusblauwtjes hadden we ook in juni al veel waargenomen in de Rijnstrangen. Ook hier kruisten deze mooie blauwtjes met hun oranje hartjes regelmatig ons pad. 



Een blauwtje, dat ik nog niet kende, was het tijgerblauwtje. Met name bij het Lac de Bel Air heb ik er een paar gezien - helaas alleen met dichte vleugels kunnen fotograferen. Duidelijk zichtbaar de twee oogvlekjes en het "staartje", dat bij verse exemplaren nog goed opvalt.



Aanzienlijk minder vers was de keizersmantel. Op dezelfde locatie. De St. Jansvlinder deed zich daar tegoed aan de kruiden tussen de hoge grassen. 



Op de camping vlogen deze zwartwitte vlinders veelvuldig heen en weer. Maar ze waren meestal te actief om voor een foto te blijven zitten. Ook elders in het veld heb ik ze gezien. Op boomstammen ontdek je deze soort bijna niet, camouflagekampioenen. Lijken daarbij een beetje op onze heivlinder. Of is die ene op de boom ook een heivlinder? Bij het meertje heb ik er echter ook enkele gevonden en met name een paartje dat samen langdurig aan een boeiende verleidingsscene werkte. Ik heb hen ongeveer een half uur gevolgd, maar de uiteindelijke bekrachtiging van een vruchtbare relatie niet mogen meemaken. Voor zover ik kan nagaan gaat het hier om de kleine ijsvogelvlinder, maar zeker weet ik dat niet. 








Tot slot een niet al te fraaie foto van een oranje wortelboorder, een nacht-actieve nachtvlinder die in Nederland ook veel voorkomt. Deze vond ik in de namiddag in onze voortent. 
Einde van onze kampeervakantie aan de Aygues. Als altijd weer heerlijk. En dit is een camping en een streek die ons altijd blijft trekken. Als tussenstop voor een paar dagen of voor een ontspannen verblijf van een week of twee. Het is altijd fijn en er valt altijd van alles te beleven. Zeker op vlindergebied! 


Geen opmerkingen:

Populaire blogberichten