Uitstapje naar het Forêt de Saoû ten zuiden van de Drôme en Saillans. Tot de namiddag was goed weer voorspeld. Vanuit Mirabel-et-Blacons reden we de D164 westwaarts, afslag D70. Een landweggetje door bossen, weiden en akkers. We hebben de auto even aan de kant gezet toen we roofvogels boven de (pas gemaaide) graslanden zagen zweven: een aantal zwarte wouwen en een paar buizerds waren op jacht. Langs de bosrand trokken bloemen als klaver, gele hopklaver, witte graslelies en lila grote tijm veel insecten en vlinders zoals bont zandoogjes en icarusblauwtjes aan.
Het waren de Romeinen die de Pas de Lauzens onder de rotsen door hebben aangelegd op deze weg, die het gebergte bij Saoû doorkruist. Beneden ons stroomde door een smalle kloof, donker door bomen en struiken, opgewekt de Ruisseau de Lausens. Een stuk verder zijn we even gestopt bij de parking Horta, een groot open terrein temidden van de bossen. In vroeger tijden waren ontbossing en ontginning op grote schaal ten bate van houtwinning, landbouw en begrazing de oorzaak van desastreuse aardverschuivingen en overstromingen. Nieuwe inzichten hebben geleid tot herbebossing met oog voor diversiteit. Bossen van Oostenrijkse dennen op droge gronden bestaan naast elzen- en wilgenbossen in vochtiger delen. Er was weer ruimte voor een gevarieerde flora en fauna. Maar het pad dat hier het dennenbos inleidde, vonden we niet aantrekkelijk genoeg voor een wandeling.
Maar het werd steeds mooier en waar de D70 bij een bruggetje over het riviertje la Vèbre komt, zijn een paar parkeerplaatsen (Le Pertuis). Het bleek een goed startpunt voor diverse wandelingen of tussenstop voor een meer uitdagende lange-afstandswandeling. Hier hebben wij de auto achtergelaten voor een korte wandeling. Hoge kalkrotsen torenden indrukwekkend boven ons uit, de Vèbre kabbelde rustig voort en over een gelijkmatig pad langs de overzijde van het riviertje liepen wij door het bos richting Saoû.
Het bos van Saoû staat bekend als mooiste hooggelegen syncline (komvormig dal) van Europa. De bossen strekken zich van het dal uit tot het hoogste punt: de toppen van de Trois Becs. De ligging van het bos op twee verschillende hellingen en in het dal dat door de steile wanden wordt beschermd plus de verschillen in droge en natte, open en beboste gebieden hebben een bijzondere biodiversiteit mogelijk gemaakt.
Langs het beschaduwde bospad zagen we o.a. gele morgenster, witte nachtkoekoeksbloemen, de uitgebloeide resten van primula's en salomonszegels (waarop kleine braamsprinkhanen zaten), de roze-witte lipbloemen van wat een bijenplant schijnt te zijn, terwijl ijle campanula's blauw oplichtten in een zonnestraaltje en een citroenvlinder lokten. Veel bont zandoogjes dartelden tussen de bomen en struiken heen. Iets verderop was een open graslandje met ratelaar en her en der orchissen, vooral aapjesorchissen, maar ik ontdekte ook een (vermoedelijk) hommelorchis. Door al dat fraais zag ik de fraaie (bladloze) paarse asperge-orchis in de schaduw aan de overkant bijna over het hoofd.
Over vlinders gesproken. We bereikten een driesprong en daarmee ook meer open gebied waar de zon vrij spel had. Hier kwam het bruin zandoogje tevoorschijn en werden we verrast door een blauwe ijsvogelvlinder die telkens terugkeerde naar hetzelfde plekje op een jonge eik.
Het pad langs de zonnige kalkhellingen liet meteen een andere vegetatie zien: een keur aan bomen en struiken (pruikenboom en wilde kamperfoelie bloeiden prachtig) en een weelde aan bloemen! Sommige soorten herkennen we wel - hoewel ik niet altijd de naam paraat heb. Kerria, steenanjers en verschillende soorten vetplanten, teucrium aureum op een warme rots. De mooie blauwe kogelbloem (Globularia cordifolia - hartbladige kogelbloem) was nieuw voor me. Evenals Aethionema saxatile, met zijn bescheiden opgaande bloeiwijze veel minder opvallend dan de plakkaten gele klaver en roze muurzeepkruid. Heel veel kleine aardbeivlindertjes waren druk in de weer tussen de lage bloemetjes, een adonisblauwtje liet zich gelukkig gemakkelijker bewonderen.
We hebben niet de hele wandeling naar Saoû gemaakt maar zijn naar de auto teruggekeerd om langs die weg onze route te vervolgen. Dat doen we ook in het volgende blogbericht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten