dinsdag 23 juli 2024

Fietstochtje naar de Cascade d'Aubres

Voor ons laatste uitstapje bij Nyons volgden we de tip van onze camping op : de waterval van Aubres. Aubres is het volgende dorpje aan de D94, op nog geen kilometer van de camping. We waren er al eerder geweest voor de warme bakker. Het oude Aubres (le vieux village perché) ligt hoog tegen de heuvel en is via een smal voetpad te bereiken. Met de fiets reden wij evenwel het weggetje tegenover de bakker in, vervolgens rechtsaf over een smal riviertje (de Suffie) dat we een eind op deze oever volgden totdat we rechtsaf  omhoog moesten trappen langs een paar huizen om onze weg weer gemakkelijk te vervolgen langs het Ravin de Cougoir aan onze rechterkant. Auto's zijn vanaf een bepaald punt niet meer toegestaan, veel parkeergelegenheid is er niet. Fietsen ging prima, maar waar beneden aan de oever van de rivier een groot houtzagerijterrein was, hebben wij de fietsen geparkeerd, omdat we verder wilden lopen. Al snel kwamen we op gelijke hoogte met het stroompje en bereikten we de waterval. Het was een prachtig en koel plekje. Het water kletterde in verschillende stromen in het bekken onder de hoge rotsen vanwaar het zich samenvoegde met het stroompje van de Cougoir. Het gesteente lijkt me kalk, op de plaatsen waar het water overheen stroomde helemaal glad geslepen en dus ook heel glibberig om overheen te klauteren. 



Mensen komen hier graag baden en verkoeling zoeken in de zomer. Ik heb echter ergens gelezen dat er bij langdurige droogte weinig of geen water te vinden is. Nu genoten wij van de rust en de groene, bloemrijke omgeving door nog een flink stukje verder te lopen langs de weg. De Cougoir was stroomopwaarts niet veel meer dan een klein stroompje. Te voet zie je meer dan op de fiets zoals de rijke flora en vele vlinders. 


 rood bosvogeltje

Evenals boven op de berg bij Saint May zagen we hier veel bleek blauwtjes, hooibeestjes en witjes en argusvlinders. En een koningspage die zo versleten was dat je er bijna doorheen kon kijken. Maar een andere biotoop trekt ook weer andere vlinders aan. cleopatra's waren druk in de weer en fladderden onrustig van bloem tot bloem. Even lastig in de lens te vangen waren de keizersmantels, die een voorkeur hadden voor de bloemen van een liguster-achtige struik. Op hoge positie bleven ze soms wel even zitten, tong uitgerold diep in de kelk van de bloempjes. 


Blauwe strobloem en de laag groeiende grijsbladige plantjes die ik onder de naam lotus hirsutus heb gevonden, een soort klaver. Een bescheiden kleur, maar prachtig door de dichte fijne beharing van het blad. En nog zo'n opvallende oranje vlinder: de knoopkruidparelmoervlinder. 


Bruin zandoogje (op Knautia). Hondskruid en bokkenorchis. Tweekleurig hooibeestje op grote thijm.




Een klein wit vlindertje tussen de grassen, mogelijk een boswitje. Een klein geaderd witje lijkt duidelijker. De op orchidee lijkende geel-rode bloemen zijn volkomen bladloos en heten bloedrode bremraap. Er zijn vele soorten bremraap, waarvan we er verschillende zijn tegengekomen op onze vakantie. Van deze bloedrode stonden er hier enkele in de berm, maar op een heuveltje bij de eerste huizen bloeiden er tientallen bij elkaar. Het zijn parasitaire planten. 




 We keerden terug naar de camping en hebben daar de volgende dag nog van het mooie weer en van Nyons genoten. We vinden dit weer een heerlijke streek en zijn hier vast niet voor het laatst geweest. Maar donderdag 13 juni zouden we noordwaarts trekken op weg naar huis. 

Geen opmerkingen:

Populaire blogberichten