Zodra we in het dorp uit de auto gekomen waren, werden we begroet door twee honden, die hun baas graag verruilden voor een wandeling met ons. De baas vond dat blijkbaar best en wij gingen op weg met een paar trouwe viervoeters.
Het gebied staat bekend om een rijk vogelleven, maar veel hebben wij daar op dit moment van de dag niet van meegekregen. Onderweg wilde wel een mooie roodkopklauwier even voor ons blijven zitten.
Ver beneden ons zagen we tenslotte de rivier en daalden we af naar een soort strandje, waar we een tijdlang rondgestruind hebben om te genieten van de prachtige omgeving en de rijke flora. Afgezien van een blauwe reiger hebben we geen andere vogels gezien. Wel vissen, zelfs een paar goudkarpers, in het rustiger water achter de dam en verschillende soorten libellen. Aan de overkant van de rivier staan de restanten van de Moinho dos Canais. Ik dacht eerst dat het een getijdenmolen was geweest, maar op de website van Territorios de Lince las ik dat de constructies met de dammen tot 1990 dienden als visvallen.
De steile weg terug omhoog bood nog een mooi uitzicht op de prachtige kleuren van de Rocha da Galé.
De geschiedenis van Corte Pequena gaat terug tot de middeleeuwen. Het dorp oogde eenvoudig met een paar oude bakovens en kleine huizen langs de stoffige weg. Het was er doodstil, de zon stond hoog en de schapen aan de rand van het dorp zochten tevergeefs schaduw bij de lage aarden wal.
Terug naar Mértola - heuvels met een regelmatige aanplant van dennen, die goed tegen de droogte kunnen. Dat is ook een eigenschap van de Retama struiken (gele bezem) die nu - eind april - de hellingen uitbundig geel kleurden, zoals ik al eerder schreef.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten